In november 1878 kreeg de oudste dochter van Alice, Victoria, difterie. Een paar dagen later bleken ook Alix en Marie ziek te zijn en binnen een korte tijd had iedereen, behalve Elisabeth, de ziekte onder de leden. Prinses Alice besteedde al haar tijd aan het verzorgen van haar echtgenoot en kinderen.
Op 16 november 1878 overleed de kleine Marie op 4-jarige leeftijd. Om het herstel van de andere niet te belemmeren met de schok van Marie’s dood verzweeg Alice haar overlijden tot de andere kinderen naar hun zusje vroegen. Uiteindelijk herstelden de kinderen, maar Alice was erg verzwakt door het verzorgen van haar echtgenoot en kinderen en liep zelf difterie op.
Op 14 december 1878 overleed Alice op 35-jarige leeftijd. Ze werd in dezelfde tombe als Marie begraven, op de tombe werd een standbeeld van Alice, die de kleine Marie in haar armen hield, geplaatst.