Op 19 juli 1884 werd er in Claremont House een kind geboren.
Het was een jongen en zijn ouders noemde hem: Leopold Karel Eduard George Albert.
Karel was de enige zoon en het tweede kind van Prins Leopold van Albany en prinses Helena van Waldeck-Pyrmont.
Karel had één zus:
– Alice
Karel had geen broers:
Karel werd een paar maanden na de dood van zijn vader geboren.
In het jaar 1900 volgde hij zijn oom Alfred op als hertog van Saksen-Coburg en Gotha. Zijn oom Alfred had sinds 1899 geen opvolger meer sinds zijn zoon, Alfred, zelfmoord pleegde. Karels andere oom, Arthur van Connaught en Strathearn had als eerste gerechtigde afgezien van de troon, zodat deze toekwam aan de Albany-linie. Karel verhuisde naar Duitsland, daar ging hij zichzelf ‘Carl Eduard’ noemen. In Duitsland werd hij onder de hoede van zijn neef Wilhelm II genomen en verder opgevoed.
Op 15 juli 1902 werd hij door Eduard VII tot ridder in de Orde van de Kousenband verheven.
In het jaar 1903 begon Karel aan de Universiteit van Bonn, hij begon aan een studie recht- en staatswetenschappen.
In het jaar 1905, op zijn 21- verjaardag, nam hij het dubbelhertogdom Saksek-Coburg en Gotha over van prins-regent Ernst zu Hohenlohe-Langenburg.
Op 11 oktober 1905 trouwde Karel met prinses Victoria Adelheid van Sleeswijk-Holstein-Sonderburg-Glücksburg. Het paar trouwde in Slot Glücksburg.
Hertog Karel en prinses Victoria kregen samen vijf kinderen:
- Johan
- Sybilla
- Hubertus
- Caroline
- Frederik
Als de nieuwe hertog hield Karel zich bezig met de auto-industrie en de luchtvaart, hij steunde de luchtvaartindustrie en de bouw van de luchthavens in Gotha en Coburg.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog nam hij, eerst deel als Saksisch generaal van de cavalerie bij de staf van de 38e infanteriedivisie, daarna vanaf 1914, als generaal van de infanterie benoemd.
In het jaar 1915 trok Karel zich, vanwege gezondheidsredenen terug uit de actieve dienst, maar was nog vaak bij zijn 6e Thüringse Infanterieregiment 95 aan het front te vinden.
Koning George V schrapte ’s hertogs naam in 1915 uit de registers van ridders in de Orde van de Kousenband en veranderde, teneinde zich van zijn Duitse origine te distantiëren, de naam van het Britse koningshuis van Saksen-Coburg-Gotha in Windsor. In overeenstemming met de Titles Deprivation Act van dat jaar werden Karel Eduard op 28 maart 1919 de titels van hertog van Albany, graaf van Clarence en baron van Arklow afgenomen.
In de Novemberrevolutie verklaarde de Gothase Arbeiders- en Soldatenraad Karel Eduard op 9 november voor afgezet. Hij maakte zijn aftreden op 13 november bekend, later dan de meeste andere Duitse vorsten. Het dubbelhertogdom splitste zich hierna op tot de vrijstaten Coburg en Gotha. De eerste sloot zich in 1920 bij het conservatieve Beieren aan, de andere bij de door links geregeerde vrijstaat Thüringen.
Zijn laatste levensjaren bracht hij teruggetrokken en in armoede door.
Op 28 maart 1954 overleed hij op 69-jarige leeftijd aan kanker. Hij was de op één na laatste Duitse soeverein op 69-jarige leeftijd aan kanker. (De allerlaatste was Ernst II van Saksen-Altenburg, die op 22 maart 1955 overleed.)