Op 6 mei 1882 werd er in Potsdam een kind geboren.
Het was een jongen en zijn ouders noemde hem: Frederik Wilhelm Victor August Ernst. ‘Wilhelm’
Wilhelm was de eerste zoon en het eerste kind van Keizer Wilhelm II van Duitsland en prinses Augusta van Sleeswijk-Holstein-Sonderburg-Augustenburg.
Hij was een achterkleinzoon van koningin Victoria en prins Albert.
Wilhelm had één zus:
– Victoria Louise
Wilhelm had vijf broers:
– Eitel Frederik
– Adalbert
– August Wilhelm
– Oscar
– Joachim
Wilhelm werd op strenge en Spartaanse wijze opgevoed en was erg afstandelijk tegenover zijn vader, die hem onpersoonlijk behandelde en geen enkele tegenspraak duldde.
Vanaf het jaar 1901-1906 had Wilhelm een affaire met operazangeres Geraldine Farrar.
Op 6 juni 1905 trouwde Wilhelm met hertogin Cecilie van Mecklenburg-Schwerin.
Wilhelm en Cecilie kregen samen zes kinderen:
– Wilhelm
– Louis Ferdinand
– Hubertus
– Frederik
– Alexandrine
– Cecilia
In het jaar 1907 werd hij tot legerofficier benoemd.
Tot het jaar 1914 was Wilhelm een fel nationalist.
Tot ergernis van zijn vader begon Wilhelm zich ook met de politiek te bemoeien., daarnaast hield hij zich ook veel bezig met de jacht en had hij affaires met verschillende vrouwen.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog voerde prins Wilhelm het bevel over een legerkorps aan het westfront in Noord-Frankrijk en België. Dit leger speelde een grote rol in de mislukte aanvallen op Verdun. In de Eerste Wereldoorlog voerde prins Wilhelm formeel het bevel over een legerkorps aan het Westfront in Noord-Frankrijk en België. Dit leger speelde een grote rol in de mislukte aanvallen op Verdun. Hiertoe expliciet geïnstrueerd door zijn vader, voerde hij echter niet zelf het bevel over het leger, maar vertrouwde de bevelsvoering, het plannen van de strategie, en de uitvoering daarvan toe aan zijn chef-staf. Wilhelm hield zich liever bezig met zijn amoureuze avontuurtjes en terwijl iedere dag honderden soldaten sneuvelden in de loopgraven bedroog de kroonprins ondertussen de ene Française na de andere. Onder zijn officieren had hij onder andere hierdoor een uiterst slechte reputatie. Door dit ongepaste gedrag werd steeds duidelijker dat hij door volk en regering nooit als opvolger van zijn vader zou worden aanvaard.
Op 13 november 1819 vluchtte Wilhelm naar Nederland. Wilhelm ging in ballingschap en logeerde eerst op kasteel Amerongen.
Vanaf het jaar 1920 woonde hij in het door hem aangekochte Huis Doorn op de Utrechtse Heuvelrug. Kroonprins Wilhelm werd door koningin Wilhelmina een predikantswoning op Wieringen ter beschikking gesteld.
Op 1 december 1920 deed hij net als zijn vader afstand van zijn rechten op de Duitse troon. Hij werkte op Wieringen in een smidse, maar leidde, hoewel hij op goede voet stond met de plaatselijke bevolking, een eenzaam leven.
In het jaar 1923 werd zijn ballingschap opgeheven en keerde hij terug naar Duitsland.
In de jaren 30 kwam hij in contact met de nazi-partij, hij leerde Joseph Goebbels, Ernst Röhm en Adolf Hitler kennen, Hermann Göring kende hij nog uit de Eerste Wereldoorlog.
Van het huwelijk Wilhelm en Cecilie was er, na de Eerste Wereldoorlog bijna niks meer van over. Zij leefden apart en de prins had veel affaires.
In het jaar 1945, toen het rode leger Berlijn bereikte, moest de Hohenzollernfamilie weg vluchten uit Berlijn. Tijdens hun vlucht konden ze niks meenemen en verloren ook hun uitgebreide landgoederen in de Duitse gebieden die door Polen werden geannexeerd en in de Russische bezettingszone in Oost-Duitsland.
Op 20 juli 1951 overleed Wilhelm aan een hartaanval, zijn vrouw, Cecilie overleed op 6 mei 1954. Het paar werd samen op het kleine familiekerkhof op de Burg Hohenzollern begraven.